Lam Ngo
China en Tibet
In 1951 viel het Chinese leger Tibet binnen en sindsdien onderdrukt China dit buurland met harde hand waarbij honderdduizenden Tibetanen werden omgebracht en duizenden religieuze symbolen werden vernield. Op 10 maart 1959 brak een opstand uit, die bloedig werd neergeslagen. De Dalai Lama en zijn gevolg moesten naar India vluchten.
Volgens China hoort Tibet van oudsher bij het Chinese moederland. Met de term moederland voeren de leiders van de Volksrepubliek in feite een politiek van expansionisme uit. Door hun ogen bezien is Taiwan ook een historisch deel van China, want de keizerlijke legers, zoals zij toen heetten, veroverden in 1683 het eiland van de Nederlanders. Taiwan werd toen eeuwenlang een provincie van China, totdat Taiwan in 1895 een Japanse kolonie werd. Deze situatie duurde voort, totdat Japan de Tweede Wereldoorlog verloor.
In deze lijn zou u kunnen denken dat het lot van Vietnam veel beter is geweest dan dat van Tibet en Taiwan, aangezien China ook Vietnam meerdere keren in de geschiedenis heeft overheerst. In totaal heeft de Chinese overheersing van Vietnam ongeveer duizend jaar geduurd. De eerste onafhankelijkheidsstrijd werd rond veertig na Christus door twee Vietnamese vrouwen, de zusters Trưng genaamd, met succes gevoerd. De laatste Chinese invasiepoging tegen Vietnam was precies dertig jaar geleden, toen de communistische broeders vijandig tegenover elkaar stonden. Deze korte, maar bloedige oorlog kostte beide kanten meer dan dertig duizend soldaatlevens en een onbekend aantal burgerslachtoffers.
Waarover ik het meest bezorgd ben, is dat China een ondemocratisch land is. Historisch gezien leidt de expansiedrift van een ondemocratisch regime tot grote gevolgen voor de wereld. Enkele dagen geleden zei de huidige voorzitter van het Nationaal Volkcongres, tevens mijn naamgenoot Wu Banggou, want in het Vietnamees is dit Ngo Bang Quoc, dat zijn partij het meerpartijensysteem, zoals de westerse democratie dat kent, niet accepteert. Ook verzekert hij zijn volk op het vasteland van China dat de scheiding van de machten voor alsnog een droom voor hen blijft. Gelukkig is er een andere bekende naamgenoot met wie ik wel sympathiseer. Ik bedoel hiermee de Chinese dissident Harry Wu.
Het is natuurlijk niet vreemd dat ik af en toe door sommige mensen, ook Chinezen, word aangezien voor een Chinees. Toch schrik ik ervan wel. Ik moet elke keer met een glimlach aan die mensen vertellen dat ik een Vietnamees ben. Het is toch wel gek, want geen enkele Italiaan zou tegen u zeggen dat u eigenlijk een Italiaan bent, omdat de Romeinen eeuwenlang Europa hebben bezet.
Lam Ngo, maart 2009
Uit de uitzending van Bos 21/03/2009