Rolinde Hoorntje
‘Wat een fantastisch land, dacht ik’
.
Bij Wendy Hoang (39) en Jermaine Moerli (40) zat ondernemerschap naar eigen zeggen altijd al in het bloed. „We verknipten vroeger vuilniszakken en hingen er GI Joe-poppetjes aan, iedereen kocht ze.”
|
Cultuurshock
Wendy: „Ik was negen toen ik met mijn moeder en broertje vanuit Vietnam naar Nederland kwam. Het was de 100.000ste gezinshereniging: we werden door minister Maij-Weggen en premier Lubbers begroet. We kwamen op het journaal en stonden in alle kranten. Familie in Amerika hoorde het zelfs op de radio. Ik mocht, als welkomstcadeau, gratis speelgoed uitzoeken in de winkel. Wat een fantastisch land, dacht ik. Ik heb tot mijn twintigste in Zwolle gewoond. Daarna studeerde ik in Rotterdam en kwam ik in de detachering terecht. In 2007, vlak voor de crisis, begon ik als freelance pensioenconsultant.”
Jermaine: „Ik ben in Suriname geboren en heb in Paramaribo op de middelbare school gezeten. Op mijn zeventiende kwam ik naar Nederland om economie te studeren aan de Erasmus Universiteit. De eerste drie jaar vond ik het echt niet leuk, de cultuur was zo anders. Hier had je veel housefeesten, iedereen danste ‘apart’. In Suriname was ik gewend samen te dansen. Na drie jaar werd ik lid bij Laurentius, een studentenvereniging. Dat was mijn periode van integreren, daarna begreep ik de cultuur beter. Ik begon het zelfs wel leuk te vinden.
Wendy: „Mijn moeder was pas twaalf toen ze aan de eigenaresse van een naaiatelier vroeg of ze het vak mocht leren. Zestien was ze, op het moment dat ze haar eigen winkel begon. Mijn vader was achttien toen hij zijn eigen juwelierszaak opende. In Nederland hebben ze altijd op markten gestaan met een loempiakraam. Dus ja, ik kom wel uit een ondernemersfamilie.
Jermaine: „Ik ben altijd dol geweest op winkeltje spelen. Toen ik heel jong was hadden we een mango-boom op het erf. Op de markt zag ik dat ze ‘vier voor een gulden’ waren, dus ik verkocht ze ‘zes voor een gulden’ voor de deur.”
Wendy: „Mijn broertje en ik verknipten vuilniszakken en hingen er GI Joe-poppetjes aan. Die verkochten we dan voor 2,50 gulden als parachutemannetjes. Dat was echt veel geld! En iedereen kocht ze.”
Gladde zwembadvloer
Jermaine: „Na mijn studie ben ik bij een adviesbureau gaan werken. Daarna heb ik een eigen wervingsbureau gehad. We groeiden tegen de stroom in, maar de crisis was zwaar. Ik moest fuseren om sterker te staan. Dat fusietraject liep niet echt goed, ik heb toen veel geld verloren. Uiteindelijk heb ik zelfs mensen moeten ontslaan. Dat was voor mij wel een persoonlijke crisis.”
Wendy: „Ja, toen het misging zat je echt even in een dip.”
Jermaine: „In 2013 zijn we het rustiger aan gaan doen en zijn we naar de camping in België gegaan in plaats van een of andere all inclusive te boeken. Op die camping was de zwembadvloer zo ongelofelijk glad. Een keer in het half uur gleed er een kindje uit. Megan was toen anderhalf, ze liep net. Continu hield ik haar handje vast. Ineens dacht ik: het zou fijn zijn als ze kon rondlopen met wat meer grip. Croqs? Daar kun je niet mee zwemmen. En waterschoenen vond ik echt te suf.”
Wendy: „Op een avond kwam Jermaine thuis...”
Jermaine: „Ik ben wel van de ideeën, ja. Meestal schiet Wendy alles af. Maar dit idee vond ze wel oké.”
Wendy: „Sinds april zijn onze zwemsokjes op de markt.”
Jermaine: „We zijn enorm gesteund door familie en vrienden. In november 2014 hebben we binnen twee weken 100.000 euro opgehaald met crowdfunding, inmiddels hebben we drie succesvolle crowdfundingsacties achter de rug. We hebben geen mensen op de loonlijst, maar er zijn vier partners en twintig freelancers betrokken.”
Wendy: „Alles gaat nu nog terug de zaak in. We leven van mijn inkomen en wat extra inkomsten van Jermaine.”
Date night
Wendy: „Ik zit vier dagen in de week bij Aegon. Vrijdag is mijn parttime dag, dan haal ik de kinderen op van school. Tot april hadden we een au pair, juist omdat we zoveel werken. Het huishouden en al die dingen, daar willen we helemaal niet naar omkijken. Vijf uur in de week komt er een schoonmaakster. Niet omdat we lui zijn, maar ik ga liever met mijn kinderen wat leuks doen dan de afwas.”
Jermaine: „Uiteindelijk koop je tijd.”
Wendy: „Ockyz is ons derde kindje. Zodra die andere twee in bed liggen, gaan we samen op de bank zitten, laptop op schoot. Het grootste deel van de mensen zit ‘s avonds op hun telefoon, of op Facebook. Dat doe ik ook, maar dan reageer ik op de dingen die mensen hebben geplaatst op onze Ockyz-pagina.”
Jermaine: „Voordat we kinderen hadden, gingen we elke vrijdagavond uit eten. Twee jaar geleden dachten we: dat moeten we weer doen.”
Wendy: „Soms plof ik op de bank. Kom, zegt Jermaine dan, ‘even eruit en even kletsen’. ‘Ik kan niet meer praten’, zeg ik dan. ‘Nou, dan gaan we tegenover elkaar zitten en alleen maar naar elkaar kijken’, zegt hij dan.
Jermaine: „Ja, voor je het weet gaat het alleen maar over de kinderen. Het is belangrijk tijd voor elkaar te maken, anders ontstaat er frictie.”
|
|
|
Rolinde Hoorntje
Uit: nrcNext, 24/09/2016