De Aziatische Tijger


Aziatische landen ageren tegen Chinese claims

De groeiende assertiviteit van China in betwiste delen van de Zuid-Chinese Zee drijft de omringende landen steeds meer in elkaars armen. In mei stuurde China een geavanceerd olieplatform naar een gebied in de Zuid-Chinese Zee dat binnen de Exclusieve Economische Zone van Vietnam valt. Het leidde tot een militaire confrontatie en uiteindelijk zelfs tot massale anti-Chinese protesten in Vietnam. Chinese en Taiwanese fabrieken werden vernield en duizenden Chinezen vluchtten naar Cambodja. De hele episode deed jaren van moeizame onderhandelingen tussen beide landen over territoriale aanspraken teniet.

Kort daarna kwam de Filipijnse regering naar buiten met foto’s die blijk gaven van Chinese bouwactiviteiten op het Johnson South-Rif. Dat gebied, dat bij de Spratly-eilanden hoort, wordt gecontroleerd door China maar valt binnen de Filipijnse EEZ, en ook andere omringende landen maken er aanspraken op. China verdedigde de activiteiten door te zeggen dat het een “onbetwistbare en inherente” soevereiniteit heeft over het rif. Daarbij verwees het naar de beruchte negen-lijnen-lijn, die zo’n beetje om de hele Zuid-Chinese Zee loopt.

Partnerschap

Volgens Vietnam en de Filipijnen heeft China afspraken uit 2002 ernstig geschonden. Toen is overeengekomen dat landen niet unilateraal de status quo mogen veranderen door bijvoorbeeld te bouwen in betwiste gebieden. De beide landen willen dat een juridisch bindende gedragscode snel wordt afgerond. Bovendien hebben ze beloofd om een “strategisch partnerschap” te smeden om meer tegenwicht te kunnen bieden.

Volgens China vallen alle acties volledig binnen de eigen soevereiniteit. Maar ook vanuit andere landen, zoals Japan en de VS, groeit de kritiek. Het is in hun belang dat de belangrijke zeeweg vrij toegankelijk blijft. Veel handel en energietransporten gaan over de Zuid-Chinese Zee, en de angst voor een spiraal van conflict en geweld neemt toe. Verschillende staten zoeken wanhopig naar nieuwe mechanismes voor de-escalatie. Op een conferentie over defensie in Singapore liet de Japanse premier Shinzo Abe onlangs weten dat hij Japan ziet als belangrijk tegenwicht voor China. Volgens hem zal Tokyo zijn zelfopgelegde restricties op wapenexport versoepelen, meer geld vrijmaken voor defensie en zijn betrokkenheid bij de veiligheid in de regio vergroten.

Intimidatie

Washington zegt geen standpunt te willen innemen over territoriale claims maar keert zich wel “tegen elk gebruik van intimidatie, dwang of het gebruik van geweld om deze claims op te eisen”, aldus Chuck Hagel, minister van Defensie.

De Chinese luitenant-generaal Wang Guanzhong, adjunct staf-chef van het leger, was ongekend bot in zijn reactie. De woorden van Hagel gaan “ieder voorstellingsvermogen ver te boven [en] zijn doordrongen van hegemonisme, [...] bedreigingen en intimidatie”.

Ook India, met een nieuwe nationalistische regering, gaat zich naar verwachting actiever opstellen in de regio, want de Indiase handelsbelangen en de investeringen in grondstoffen groeien. Australië voert ondertussen de maritieme samenwerking met de VS op. De assertiviteit van China heeft zo geleid tot een flexibele alliantie van landen die China het hoofd willen bieden. In hoeverre China zich daar iets van aantrekt, valt nog te bezien.

 

(De Aziatische Tijger, 16-06-2014)

 


Cái Đình - 2014